Ga naar hoofdinhoud

< Terug naar de route

Geneeshuis van de 21e eeuw
In 1998 kreeg Orbis van minister Borst van het Ministerie van Volksgezondheid toestemming om niet alleen nieuw te bouwen, maar om het fenomeen geneeshuis compleet nieuw te doordenken. Architect Abe Bonnema kreeg de vraag om een revolutionair nieuw ziekenhuisconcept te ontwikkelen (2000): het geneeshuis van de 21e eeuw waarin de patiënt daadwerkelijk centraal zou staan. Het gebouw is een treffend voorbeeld van Functionalisme en Flexibiliteit: de uiteindelijke vorm van het gebouw volgt uit de veelzijdige en complexe functies van het ziekenhuis en is zo opgezet dat het zo functioneel mogelijk is. Verschillende functionele stromen zijn gescheiden. Vervoer van maaltijden, linnen en alle benodigde verpleegartikelen op de verpleegafdelingen gebeurt onzichtbaar met behulp van robots. Dit levert rust en een aangename beleving op.

Menselijke maat
Voorts stond het ziekenhuis als ‘Healing Environment’ centraal en het gedachtengoed van Planetree werd omarmd: een gebouw waarin de menselijke maat tot zijn recht komt. Elementen als kabbelend water, fonteinen, kleurgebruik, kunst, natuur, rustgevende muziek, stilteruimten, tuinen, ruimte voor beweging dragen hier zichtbaar aan bij.
Slaap en rust zijn van essentieel belang voor herstel en welbevinden: er werd dan ook bewust gekozen voor eenpersoonskamers.

Contact met de buitenwereld
Vanuit eenpersoonskamers kijkt de patiënt uit over het omringende landschap. Men kan elkaar ontmoeten in de huiskamerachtige ruimten in de gangen op verpleegafdelingen en in het atrium, dat, ondanks dat er veel mensen aanwezig zijn, een zekere rust en sereniteit uitstraalt.
De begane grond en eerste verdieping om- vatten de poliklinieken en screening. De 3e, 4e en 5e verdieping zijn verpleegafdelingen. Het dwarsblok is het behandelcentrum.

Duurzame & natuurlijke materialen
Er is gebruik gemaakt van duur- zame en natuurlijke materialen. Gebruik van baksteen en met name natuursteen springen meteen in het oog. Het bijzonde- re van het metselwerk is dat het gelijmd is. Op deze manier kun je zeer dunne voegen maken, waar- door een rustig uiterlijke ontstaat, omdat je de bakstenen als één kleurvlak ziet.

Het plafond van het zaagtanddak (sheddak) van het atrium bestaat uit houten geperforeerde platen, die bijdragen aan aangename akoestiek met een laag geluidsni- veau. De openingen aan de noord- kant, zorgen dat er alleen zonlicht vanuit het noorden binnenkomt, waardoor de opwarming in de zomer beperkt blijft en er altijd genoeg en gelijkmatig licht valt in het atrium.