'Zuyderland GGz maakt de switch naar werken in regioteams'
Ruud de Clercq
Geestelijke Gezondheidszorg'We werken met liaisons, collega’s die de verbindingen leggen tussen de huisarts, cliënt, ketenpartners en het behandelteam.'
Ruud de Clercq, gezondheidszorgpsycholoog, vertelt meer over het werken in regioteams en alles wat daarbij komt kijken.
‘Sinds januari is er binnen Zuyderland GGz een switch gemaakt in werkwijze. Vanaf dat moment wordt er namelijk gewerkt in Regioteams. Deze switch in werkwijze zorgt voor veel veranderingen, waarbij de nodige uitdagingen komen kijken.’
Kun je kort omschrijven wat werken in regioteams inhoudt?
‘Het werken vanuit een regioteam betekent dat onze zorg georganiseerd is binnen de regio. In ons geval betekent dit dat de regio Westelijke Mijnstreek is opgesplitst in drie regio’s. Elk regioteam heeft daarmee als opdracht en doelstelling om in grote lijnen de volledige ambulante reguliere GGZ-behandeling, zowel monodisciplinaire behandeling (voorheen Basis GGZ) en specialistische GGZ per regioteam vorm te geven. Het woonadres van de cliënt en de locatie van de huisarts bepalen vanuit welk regioteam de behandeling geboden gaat worden. Deze manier van werken gaat ons in staat stellen om nadrukkelijker in nabijheid van en in afstemming met de huisarts en cliënt de zorg te organiseren.
Binnen het regioteam werken we met liaisons, dit zijn de collega’s die de verbindingen leggen tussen de huisarts, cliënt, ketenpartners en het behandelteam. Elke huisartsenpraktijk heeft een vaste liaison die als aanspreekpunt beschikbaar is en de contacten onderhoudt. Dit creëert de mogelijkheid om vroegtijdig en laagdrempelig inhoudelijk vragen te stellen en af te stemmen, nog voordat het überhaupt tot een verwijzing is gekomen. Ook wordt de liaison in staat gesteld om vraagverkennende gesprekken te voeren met cliënten, op het moment dat de hulpvraag of behandelvraag nog onvoldoende helder is. Het is immers lang niet altijd zo dat GGZ-behandeling voorliggend is. Met regelmaat komt het bijvoorbeeld voor dat een cliënt beter geholpen is met algemeen maatschappelijk werk, gespecialiseerd thuisbegeleiding, dagbesteding of arbeidsintegratie. Deze vraagverkennende gesprekken worden samen met iemand uit het sociaal domein of een ervaringsdeskundige gevoerd. Het werken in een regioteam betekent korte lijntjes met huisartsen, maar ook met ketenpartners en voorliggende voorzieningen.’
Wat betekent dit voor de cliënt?
‘Voor de cliënt betekent het ook dat hij of zij in behandeling is binnen het regioteam en niet meer zoals dit eerder was, wordt verwezen naar een specifieke afdeling (zorgprogramma) binnen onze organisatie. Op het moment dat een cliënt in behandeling komt zal er vanuit het eigen regioteam een behandelteam geformeerd worden en zullen de behandelaren met relevante expertise gevraagd worden om aan te sluiten. Met andere woorden; eenmaal in zorg wordt de cliënt niet meer verplaatst, maar formeren we een behandelteam afgestemd op de behandelvraag en behandeldoelen. Dit voorkomt intern doorverwijzen en maakt het makkelijker beschikbare expertises laagdrempelig te betrekken. De behandelaren binnen een regioteam dragen in zekere zin een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor alle cliënten binnen het regioteam.’
Wat is het grote verschil ten opzichte van toen?
‘Zoals aangegeven verschilt het werken in regioteams op een aantal punten van hoe het was. Er zijn eigenlijk 2 grote veranderingen. De eerste verandering is een interne verandering. Deze gaat vooral over hoe wij intern de cliëntzorg hebben georganiseerd en waar behandelaren op basis van hun expertise gekoppeld worden aan een cliënt, afgestemd op de behandelvraag. Met andere woorden: het organiseren van zorg rondom de cliënt in plaats van het plaatsen van de cliënt in een bestaand behandelteam. De tweede verandering is vooral extern en gaat om de actieve ‘’beweging’’ die we naar het voorliggende veld willen maken. We zetten in op makkelijke bereikbaarheid, consultatie en het aansluiten bij huisartsen mdo’s. Hierdoor kunnen we nog voordat een cliënt verwezen is al betrokken zijn en meedenken, gerichter indiceren of doorverwijzen naar een passend zorgaanbod, ook als dit geen reguliere GGZ-behandeling is. Ook de vraagverkennende gesprekken en herstel ondersteunende attitude horen bij deze externe verandering.’
Waar liggen de grootste uitdagingen?
‘Uitdagingen liggen er op tal van gebieden, maar verandering op zichzelf vormt al een grote uitdaging. We zijn immers al jarenlang gewend om op een bepaalde manier te werken. Verandering vraagt anders werken. Het anders werken blijft niet beperkt tot nieuwe/andere ideeën of een visie en strategie. Anders werken vraagt een gedragsaanpassing. Bij onze cliënten zien we dagelijks de worsteling om te komen tot nieuwe inzichten, verandering van coping en nieuw gedrag, in een poging klachten te overwinnen en grip op herstel te krijgen. We maken van dichtbij mee hoe ingewikkeld dit kan zijn, vanuit cliënt perspectief. De switch naar het werken in regioteams zal ook voor ons een pittige uitdaging zijn. Vertrouwde gewoontes en opgebouwde zekerheden durven loslaten, onzekerheid en onwennigheid ervaren, toestaan en met elkaar een nieuwe basis opbouwen, elkaar aftasten en ontdekken wat de ander te bieden heeft. Kortom nieuwe samenwerkingen aangaan en bouwen aan het regioteam.
Het werken vanuit een regioteam met boven beschreven visie, vraagt eveneens een meer out-reachende houding van zowel de organisatie als van de medewerkers. Nabijheid is niet alleen een theoretisch construct, we zullen ook moeten leren op een passende wijze actief te zijn in het voorliggende veld en echt de verbinding leggen. Hoewel we hier vanuit het project ‘’De nieuwe GGZ’’ de afgelopen jaren al bij een aantal huisartsenpraktijken mee hebben kunnen experimenteren, zal om dit breed geïmplementeerd te krijgen binnen de huisartsenpraktijken het nodige van onze liaisons worden gevraagd. Een gedegen scholing, toegespitst op de rol van Liaison, is inmiddels ontwikkeld en zal collega’s richting geven en helpen ‘’pionieren’’. Het relatieve gemak waarmee we een grote groep enthousiaste collega’s hebben kunnen werven voor deze rol geeft veel vertrouwen!
Op een ander, maar vaak onderschat of onderbelicht gebied ligt eveneens een grote uitdaging. De nieuwe manier van werken, waarbij cliënten op een andere wijze binnen onze organisatie verdeeld worden, vraagt ook een grote verandering op administratief niveau. Er moeten nieuwe stroomschema’s en signaleringen ontwikkeld worden, maar ook bestaande cliënten moeten omgezet worden naar deze nieuwe routes. Hierbij moet de continuïteit, ook voor reeds in behandeling zijnde cliënten, gecontinueerd worden. Een onderneming waar de meeste behandelaren in hun reguliere werk vanuit hun achtergrond als zorgprofessional weinig zicht op hebben, maar inmiddels is duidelijk dat deze transitie niet te onderschatten is en een goede samenwerking vraagt met zorg- ICT en de secretariële afdeling.’
‘Al met al zijn de uitdagingen waar we voor staan heel divers.’