Nierfoto met contrastvloeistof

Het onderzoek

Tijdens het onderzoek ligt u op een onderzoektafel eventueel met uw benen in de beenhouders. Voordat het echte onderzoek begint, wordt de plasbuis verdoofd. De verpleegkundige brengt een kleine hoeveelheid verdovende gel in de plasbuis. De uroloog schuift vervolgens via de plasbuis het instrument, de cystoscoop, in de blaas. Via de cystoscoop wordt vervolgens een dun slangetje (catheter) via de blaas in de urineleider gebracht. Om de urineleider en het nierbekken zichtbaar te maken zal de uroloog een contrastmiddel door deze catheter spuiten. Wanneer de urineleider en het nierbekken goed gevuld zijn, worden röntgenopnamen gemaakt. Als er voldoende opnamen zijn gemaakt, wordt de catheter verwijderd.

Het onderzoek is dan klaar.
Het onderzoek duurt ongeveer 30 minuten.

Na het onderzoek

U mag meteen na het onderzoek naar huis. Gebruik van eigen auto of openbaar vervoer is geen probleem. Soms kan de uroloog u tijdens of direct na het onderzoek de bevindingen vertellen, soms wordt daarvoor een nieuwe afspraak gemaakt. U kunt na het onderzoek last hebben van een branderig gevoel bij het plassen. Dit kan soms nog enkele dagen het geval zijn. Ook kunt u meer aandrang voelen om te plassen en kan er wat bloed in de urine zitten. Dit is niet verontrustend en kan geen kwaad.

Meer informatie
Retrograde pyelogafie